Vriendschap

Een beetje ongemakkelijk staan ze tegenover elkaar. Hanna en Sabien. Ooit een ijzeren duo, nu als twee vreemden die niet weten wat ze tegen elkaar moeten zeggen.
‘Goh, das lang geleden.’ Begint Hanna.
‘Tja,’ antwoordt Sabien, ‘aan wie zou dat nou gelegen hebben?’ Stuurs kijkt ze voor zich uit.
Werkelijk, denkt Hanna, zou ze er nooit over op houden? Zou ze gewoon vergeten zijn dat we vroeger lief en leed deelden, vanaf dat we samen in de eerste klas zaten? Zou ze vast blijven houden aan die éne ruzie, de enige die we ooit gehad hebben? Ik ga hier niet aan mee doen, besluit ze.
‘Weet je, ik vind ‘t fantastisch om je te zien. Het is toch zeker 40 jaar geleden dat we elkaar voor het laatst gesproken hebben en ik ben heel erg benieuwd hoe jou leven verlopen is. Ik stel voor dat we daar gaan zitten en een lekkere kop koffie bestellen, mét taart. Ze knikt naar een klein cafétje aan de overkant. Ze ziet dat Sabien twijfelt, neemt haar dan resoluut bij de arm en loopt naar de overkant.
Even later zitten ze samen aan de koffie met een stuk appeltaart met slagroom. Naar grootmoeders recept, stond er op het krijtbord.
‘Oud recept of niet, hij is heerlijk, dat moet gezegd.’ mompelt Sabien. Hanna ziet dat ze wat ontdooit en grijpt de kans om het gesprek te beginnen. ‘Meid, vertel, wat heb jij zoal meegemaakt de afgelopen 40 jaar?’
‘Tja, waar zal ik beginnen?’ Sabien neemt een grote hap van haar appeltaart. ‘Mag ik eigenlijk niet. Als mijn dochter ’t ziet. . . Die wil me op een koolhydraat-arm dieet hebben. Das veel gezonder zegt ze. Ik ben 82!! Hoe gezond wil ze me hebben?’
‘Ha ha, mijn Marieke wil dat ik ontbijt met gioja-bessen. Zó gezond. Nou, ik ontbijt al zolang ik me kan herinneren iedere morgen met twee sneetjes wit brood met kaas, de volle variant, niks mager, en ik ben er al 81 mee geworden. Ik zing mijn tijd wel uit.’
Ze schieten in de lach. Die nieuwerwetse ideeën over wat wel en wat niet gezond is, allemaal onzin, besluiten ze.
Wat voelt dit vertrouwd, denkt Hanna. 40 jaar, en na 10 minuten is het net of we elkaar gisteren nog gesproken hebben. ‘Ik heb dit gemist.’ zegt ze.
‘Ik ook.’ antwoordt Sabien zachtjes. ‘Ik heb zo vaak met de telefoon in mijn handen gestaan om je te bellen, maar steeds verzon ik een excuus om het niet te doen.’
‘Je moest eens weten hoeveel brieven ik je geschreven heb.’ Hanna rolt met haar ogen. ‘Ze eindigden allemaal in de prullenbak. Hoe hebben we zo dom kunnen zijn?’ Ze legt haar hand op die van Sabien. ‘Daar gaan we nu verandering in brengen.’ zegt ze. ‘Hebben we nog iets uit te praten, of houden we het gezellig?’
‘Ik ga voor gezellig. We hebben nog jáááren voor ons. Tenminste, als we niet aan de goijabessen gaan.’ lacht Sabien. ‘Wijntje? Uiteraard mét bitterballen.’
En zo begint een nieuw, eigenlijk heel oud verhaal over vriendschap.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *